Een rustdag ten zuiden van Namen

6 Mei, 7e dag. Zon en niet al te veel wind. Om naar Namen te gaan moet ik weer 11 km terugfietsen, maar zonder bagege, met alleen een klein rugzakje is dat geen straf. Ik bezoek als een echte toerist eerst het Office du tourisme en krijg op een plattegrondje de belangrijkste bezienswaardigheden omcirkeld. Of zij ook een internetcafé (cyberbar, spreek uit ‘siber’) kan aanwijzen? Nu, daar zijn er velen van, allemaal bij het station, waar ook een bureau des cyclistes is gevestigd. Ik wil weten of de RAVeL2 immiddels verder is doorgetrokken sinds de uitgave van mijn PB-boekje (2005). Ik ben eerst verheugd te zien dat het traject behoorlijk is verlengd, maar die vreugde is van korte duur als blijkt dat de route RV, Rando Velo betekent. Dat is een moutain bike en als ik mij niet vergis houden RV-ers wel van een ruw bospaadje… Ik besluit morgen gewoon de route uit mijn boekje te volgen, die er weer behoorlijk pittig uitziet. Geen zorgen: dat is pas morgen!

Het internetcafé wordt, hoe kan het ook anders, gerund door noordafrikanen (Marokko/Tunesië?). Ik weet niet waarom, maar ik heb nog nooit een internetcafé gezien dat werd gerund door mensen uit het land zelf. Dat is overigens geen waarde oordeel, slecht een constatering. Ik kan wel waarderen dat buitenlanders zich over een speciale nichemarkt ontfermen, maar aangezien belwinkels/internetcafés niet zo’n goede naam hebben, doe ik maar geen electronische bankzaken.. Ik sluit aan tussen een prachtige dikke oostafrikaanse dame in lokaal (keniaans/senegalees?) gewaad en een jongen die ijverig virtuele tegenstanders elimineert in zijn computerspel. Als het maar virtueel blijft…
Ik login op mijn blog en werk wat zaken bij. Ik moet nog hoognodig ondertitels maken bij de foto’s die ik heb opgeladen.

Na dit intermezzo besluit ik de citadel te bezoeken en zoals een zichzelf respecterende citadel betaamt ligt deze op een rots hoog boven de moderne stad. Mensen in de Middel Eeuwen hielden van een beetje klimmen; de keerzijde was dat je beneden bij de rivier al gauw door een rivaliserende vorst in de pan werd gehakt. Dus ik moet naar boven en dat ga ik niet op de fiets doen! Er is een weg die naar boven slingert; gek genoeg geen mooi wandelpad. Ik zet mijn fiets met twee sloten vast bij het Casino van Namen, waar de weg naar boven begint. Als ik naar boven loop, besluit ik bij de eerste haarspeldbocht mijn duim op te steken. Dat is alweer enige tijd geleden dat ik voor het laatst heb gelift (oh nee, recent nog met HK in de Alpen, terug naar het dal om onze trein te halen). En nu blijkt dat ik er, ondanks mijn inmiddels redelijk wilde uiterlijk, toch wel betrouwbaar uitzie: de eerste auto die voorbij komt is een politieauto en hij stopt. Of zou hij mij…?

Nee, deze vriendelijke gendarme wil me wel boven afzetten. Als ik hem uitgebreid bedank voor zijn generositeit, blijft hij staan zonder weg te rijden. Ik vraag mij plots af of ik iets verkeerds heb gezegd, maar dan pas valt mij de pieptoon op die al enige tijd aankondigt dat iemand iets is vergeten. Vriendelijk benadrukt de gendarme dat ik mijn riem aan moet doen (het is per slot van rekening de sterke hand), iets wat ik doorgaans niet doe tijdens het liften (je weet maar nooit hoe snel je de auto moet verlaten, of gebeurt dat alleen in films?). Gedwee volg ik zijn instructie op en binnen een mum van tijd kan ik van het prachtige uitzicht genieten over Namen en haar zusterstad Jambes, op de kruising van de Maas en de Sambre. De citadel kent een vrolijke historie van elkaar de kop inslaan en elkaar in de pan hakken en iedere keer herrijst de vesting als een phoenix uit haar as, in nog grotere vorm dan voorheen. Ik lees vluchtig een foldertje dat ik door een medewerker bij de kassa in mijn handen krijg gedrukt. Kassa? Moet ik dan betalen om die oude stenen te bezichtigen? ‘Nee hoor, dat is als u met een gids wilt rondlopen en het hele gangenstelsel onder de citadel wilt bezichtigen, maar er is ook een deel dat vrij toegankelijk is’ vertelt de vriendelijke studente in het Vlaams. Opgelucht beaam ik dat ik wel op eigen gelegenheid door de ‘Altstadt’ wandel (naast Fransen hebben hier ook Duitsers, Pruissen en zowaar ook Hollanders geheerst, zo bewijst de Pont des Hollandais, zie foto). Na een uur of wat houd ik het voor gezien (het stuk gangenstelsel is erg handig: je kon in vroeger tijden zo ongezien de stad binnenkomen, of verlaten) en loop zelf goed zichtbaar naar beneden, waar mijn fiets (nog geen naam gekozen! inzendingen blijven welkom) trouw op mij wacht. Ik houd Namen ook voor gezien en fiets op m’n dooie akker terug naar Profondeville, waar ik alweer zeer joviaal word begroet. In de Delhaize in het dorp heb ik inmiddels boodschappen gedaan en ik geniet in de zon van een overheerlijke hamburger met jus, puree en appelmoes (en een stuk komkommer dat ik nog heb), lekker eenvoudig ‘au bain Marie’ opgewarmd. Glas rosé erbij, enfin, jullie kennen het ritueel inmiddels. De oploskoffie, mokkasmaak, smaakt heerlijk en de afwas is deze keer zo gepiept. Ik moet nog wel een knoop van mijn bermuda aannaaien, die is losgeschoten (ik zou toch moeten afvallen op deze tocht?) en het naaisetje bewijst zijn dienst. Dat is zo’n klusje waar ik thuis hopeloos tegenop kan zien, maar nu is het leuk voor de afwisseling. Wat een verandering van perspectief!

Het is vrijdagavond en ik vraag mij af of er wat röring zou zijn in het dorp. Ik besluit een avondwandeling te maken door het bos en met een omweg kom ik in de dorpstraat uit, vlakbij een kroeg waar luide voetbal geluiden klinken. Da’s pas röring en ik voeg mij tussen jong en oud, vnl. oud, die op drie grote schermen naar de wedstrijd Genk-Anderlecht kijken. Drie schermen voor zo’n klein dorp! En het geluid klinkt uit megaboxen midden in de zaak; het is alsof ik fysiek bij de wedstrijd zit. Ik bestel een pression en ga bij een aantal lokalen zitten. Na enige tijd de wedstrijd, en haar publiek, gadegeslagen te hebben, krijg ik de indruk dat de bewoners voor de donkerblauwe shirtjes zijn, de lichte worden nl. niet bejubeld. Maar ja, wie is nu Genk en wie is nu Anderlecht? Ik heb geen idee en laat het maar zo. Ik wil mijn domheid niet verder ten toon spreiden, nadat ik al eerder moest vragen wie RSCA is (dat blijkt dus Anderlecht te zijn; Genk staat in het scherm gewoon als GENK). Maar wie nu wie is? De jeugd zit in een hoekje te ‘chillen’ en kijkt niet naar de wedstrijd (wat wil je; met die hormonen heb je daar toch geen rust voor?). Na de rust (van de wedstrijd dus), ik geloof bij 1-0 voor de blauwen, dus voor de bewoners van Profondeville, ga ik ‘op huis aan’ en wandel nog nagenietend van deze rustdag terug naar mijn tent. Het leven is zo slecht nog niet, al woon je tussen twee doeken van (uiterst brandbaar) polyethyleen!

Morgen weer aan de bak en het boekje, dat ook het hoogteprofiel toont, bereidt me voor op een dagje flink klimmen… Dat belooft wat!

Advertentie

Over Biking Banker

Biker & Hiker and in between a Banker
Dit bericht werd geplaatst in Reisverslagen. Bookmark de permalink .

6 reacties op Een rustdag ten zuiden van Namen

  1. mieke zegt:

    ha Fje, hotel geboekt, met zeezicht! kGa aftellen. kNeem wat verstelwerk mee, nu je zo handig bent geworden met naald en draad. Truste, x

    • Ha fijn. En nu maar hopen dat ik geplande schema haal… Maar tot nu lig ik goed op koers. Voel me rustig en vredig aan de koffie in Verdun, centre de la paix mondial! xxx

      -origineel bericht- Onderwerp: [Biking Banker] Reactie: “Een rustdag ten zuiden van Namen”

  2. bikingbanker zegt:

    Hoi Sander, nou emoties maakt het zeker bij mij ook los! Het is hartverwarmend alle reacties. Blijf schrijven, want het geeft een goed gevoel. Niet dat ik me alleen voel; net kennis gemaakt met een engels stel dat naar Kazachstan fietst (hij tonnetje rond!).
    Kreeg ook weer sms van Sjoerd. Kees, waar blijf jij…?
    Heerlijk he, reizen met de atlas (of in jouw geval de DB-bijbel). Ik moet vaak aan je denken als ik weer over een oud spoortrace fiets. Dat gaat beter dan met de auto, zoals toen bij Gandia!
    Groetjes aan Karen.

  3. Wouter zegt:

    Frank,

    Zo zie je maar weer dat de politie je beste vriend is!

    Het is maar goed dat ze de leider van Al-qaeda net gepakt hebben, want op de foto`s zie ik dat je scheerattributen thuis hebt gelaten (gewichtsbesparing zeker)! Wie weet waar ze je anders voor aan zien als je zo`n internet cafe uitloopt.

    Tevens heb ik na het bekijken van je foto`s een nieuwe titel bedacht namelijk:
    LEVENSGENIETER PUR SANG, in mijn beleving een titel waar je trots op mag zijn.

    But now i`m going back to work!

    Groeten Wouter

    • bikingbanker zegt:

      Dank je Wouter, genieten doe ik zeker, al is het af en toe afzien, als je na die helling op en af alweer naar boven moet. Maar dan erna op de camping in de zon is het leven als God in, inmiddels Frank-rijk!

  4. Sander van Oyen zegt:

    Hoi Frank, maandagmorgen 9/5/11
    Ik heb net je blog ‘bezocht’, zoals dat heet en alles tot nu toe gelezen! Het is leuk om te zien dat jouw verhaal en tocht tot dusver reacties en emoties losmaken..
    Ik volg je reis verder met interesse maar op afstand; Thomas Cook’s timetable noemt dat ‘armchair travelling’.
    Sterkte en droge dagen gewenst!
    Groet Sander

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s