5 Mei, 6e dag (N 50.3723 E 4.8702). Zon, weinig wind.
Na mijn eerste ‘berg’etappe, kom ik met wat hulp van Michel op een mooie route langs de Maas. Laat ik nu een paar dingen bij Hanneke hebben laten liggen… Om die reden komt Michel te laat bij zijn moeder, die hij samen met zijn broers bezoekt. Hij speelt er vaak liedjes van een van zijn CD’s met echte waalse nummers. Een hele oude taal van romaanse oorsprong; het wordt weinig meer gesproken. Onlangs heeft hij een cultuurprijs met deze CD gewonnen, als stimulans ten behoud van deze lokale taal. Michel is een kunstenaar in hart en nieren: tekeningen, schilderijen, eigen muziek componeren en optreden met zijn band Massachusetts (coverband van de BeeGees). Sorry Michel en moeder Azaïs, dat hij nu te laat komt!
Langs de Maas ligt een RAVeL, hetgeen een afkorting is van iets dat ik niet heb onthouden, maar het is een pad, meestal vlak en goed begaanbaar voor zowel voetgangers als fietsers. Het enige gemotoriseerde verkeer dat volgens de bordjes is toegestaan, zijn rolstoelen met aandrijving. Ik vraag mij af of daar tegenwoordig ook electrische fietsen (als voorportaal van de rolstoel) onder geschaard mogen worden.. Tsja, in wezen ben ik het voorportaal van de electrische fiets. In ieder geval rijdt het soepel richting Namen. Onderweg kruist mijn pad echter wel een omgewaaide boom, die er al even lijkt te liggen. Met wat getrek en gesjor lukt het me om de 55 kg van fiets met bagage langs de stam te krijgen. Hoe die rolstoelers hier langs moeten is me een raadsel.
Een ander raadsel is de enorme hoeveelheid canadese ganzen die hier vnl. in paartjes, al dan niet met jongen, rondzwemmen. Ze lijken redelijk gedomesticeerd, alhoewel ze beginnen te blazen als je te dicht in de buurt komt. Ook flink wat Nijlganzen (wat eigenlijk eenden zijn op hoge poten; hun gedrag doet hun lengte van poten eer aan want ze maken een kabaal) en verder gewone eenden en een aantal reigers. En een rare vogel uit Holland die het interessant vindt om hier melding van te maken.
Als ik door Namen rijd lijkt het me een mooie stad om te bezichtigen. Mijn einddoel is Profondeville (Camping Douaire, zie de coördinaten boven), volgens het boekje een betaalbare kampeerplek. En inderdaad: het ligt heel vriendelijk op een heuvel. De klim er naar toe is iets minder vriendelijk: lopend met de fiets aan de hand, maar het is niet ver gelukkig.
Ik word verwelkomd door de joviale oude eigenaar, die alles feilloos in de gaten houdt, zittend in de serre van zijn huis die uitkijkt over het kampeerterrein met vnl. stacaravans. Ik zet mijn tent op, op een klein trekkersveldje. Als ik in de zon een biertje drink komt Koos aanrijden, uit Schiedam. We praten wat over het fietsen (‘what else’ zou Clooney zeggen). Hij is een paar jaar eerder naar Santiago gefietst (‘where else’, zeg ik dan) en maakt nu een kortere trip naar de Ardennen. Hij overweegt morgen om terug te keren, want hij heeft het koud ’s nachts. Ik ben verbaasd want daar heb ik nog geen last van gehad, maar nu is mijn slaapzak volgens het label bestand tegen -20 gr. Dat ga ik overigens maar niet uitproberen, maar in Canada met Jan heb ik het qua temperatuur ook prima gehad. Aangezien ik morgen een rustdag heb gepland en hij bijna teruggaat zullen we niet samen opfietsen, wat ik wel gezellig had gevonden. Aardige kerel, ik schat hem van mijn leeftijd. En aangezien ik geen eten heb gekocht en dus in het dorpje ga eten en hij een nasi maaltijd opwarmt, doen we ook geen maaltijd samen, ongezellig, maar het is niet anders. Ik eet overigens heerlijk op een terras aan de Maas. Een bomvol terras met slechts drie keihard werkende mensen, wrsch. de eigenaar en zijn vrouw en een ober. Niets ontgaat ze; nooit met lege handen terug naar binnen. Daar kunnen ze in menig nederlands etablissement een puntje aan zuigen (hè Bernard? 😉 ). Ik werk ondertussen aan m’n weblog.
Het is al donker als ik op de camping terugkom en kan niet anders dan langs de serre fietsen om bij de tent te komen. De hond van de baas slaat aan en prompt gaan de rolluiken omhoog en staat de oude baas in zijn pyjama buiten om te kijken wat er loos is. Ik roep ‘goed volk’ (vul maar iets in in het frans) en de baas gaat weer met een joviale groet slapen. In Profondeville is men dus erg oplettend, wat ik vrij vertaal met ‘profond’. Ik mag in ieder geval lekker uitslapen, want morgen een rustdag om Namen te bekijken.
Goed werk Frank!
Inmiddels (bijna) in je eigen rijk aangekomen?
Helaas moet ik als navigator opmerken dat je hierboven opgegeven coordinaten niet kunnen kloppen, typo?
Maar goed dat je niet op zee fietst, hoewel dat nog wel kan gaan gebeuren als je zo doorgaat…
Ik heb genoten van je avonturen tot nu toe, stof voor een boek, een reisverhaal dan. Ik ben naarstig aan het brainstormen voor een sappig verhaal voor je fiets, je trouwe vriendje voor de komende tijd. Hou je haaks Frankie!! Ik hou van je, liefs Jeanette