Het schiet behoorlijk op nu. We -dat is nog steeds Alec, Connor en ik- zijn de 500 km ruim gepasseerd en zijn bezig met etappe 29, die we verlengen tot een stuk van etappe 30 om een refugio libre te bereiken op 2.517 m hoogte. Een ‘hotel on top of the world’. Dat dit hotel niet veel meer is dan een sardineblik, met negen slaapplaatsen doet er niet toe: de ligging is fenomenaal mooi, met 360° uitzicht over verschillende bekende Pyreneeën toppen. De route er naartoe is lang, maar we hebben een lekkere lunchstop in de bemande refugio de Vallferrera (1.920 m), wat na negen kilometer (ca. vier uur) eigenlijk het eindpunt is van etappe 29.
Maar we hebben voldoende energie en lopen door naar de onbemande hut. De klim is behoorlijk en van ver zien we een wit puntje op een rots liggen: dat moet de refugio de Baiau zijn. We passeren diverse estanys, de één helder blauw, maar een enkele is vies groen. Bij een van de schone meertjes komen we een goedlachse Koreaan tegen, die met blote voeten op een steen zit. Zijn voet heeft een flinke bult en ondanks zijn lachende gezicht lijkt hij pijn te hebben. Een val en verstuikte enkel… en geen spullen om verlichting te geven. Gelukkig kunnen we hem iets aanbieden: mijn tijgerbalsem en Alec’s Ibuprofen-gel worden gretig in ontvangst genomen en terplekke op zijn voet gesmeerd! Een gezamelijke foto als aandenken (helaas dus op kapotte schijf..) en verder gaat het weer: hij in de richting van waar wij kwamen; wij naar ons sardineblik.
Met Alec Boyd
Van ver zien we de witte cabine, maar iets zwarts doet vermoeden dat de deur openstaat. We zijn dus niet de enigen… Na het oversteken van nog wat stroompjes en enkele klimmetjes, kunnen we ‘hola’ roepen, om te zien of er iemand binnen is. Trappetje op naar de cabana en zowaar… binnen ligt mr. T languit op een van de negen (stapel)bedden. Tamboerijn bij zijn kussen. Op de tafel een zak met paddestoelen.. hij voelt zich niet zo goed. Of het door de paddestoelen komt, of door het drinken van ongefilterd water, is niet helemaal duidelijk. Hij laat ons wel voltrots de forse fungi zien; we moeten er ook aan voelen. Of we sigaretten hebben…?
Connor O’Harra & Alec Boyd (mr. T ligt linksachter) 🙂
Terwijl mr. T een dutje ligt te doen met zijn pet over zijn gezicht, maken Alec en Connor het eten klaar; macaroni met een blik tomatensaus, dat ik heb meegesjouwd om mijn bijdrage te leveren (samen met blikjes bier en pinda’s). Met wat sardines erbij -we slapen in het blik nietwaar- hebben we een uitstekende maaltijd. Mr. T kijkt van onder zijn pet af en toe naar dit ‘grande bouffe’ tafereel, maar als ik vraag of hij iets wil meeëten wijst hij op z’n buik en bedankt. Gelukkig maar, want zo ‘grande’ is onze ‘bouffe’ niet…
Met koffie buiten in de ondergaande zon eindigen we de dag en het is rond acht uur als we naar binnen gaan, omdat het behoorlijk koud wordt als de zon is verdwenen en de wind opsteekt.
Het moet rond negen uur zijn -wij liggen allemaal op de britsen in onze slaapzakken, komt een vierde persoon binnen, die een flinke tocht achter de rug moet hebben: het is donker en guur en de wind giert om ons sardineblik. De Fransman, want dat blijkt het te zijn, kookt in het donker, met hoofdlamp aan, zijn avondmaaltijd, maar veel maak ik niet meer mee; ik val in een onrustige slaap, met de vreemdste dromen…
De volgende dag, als de Fransman als eerste is vertrokken en mr. T even later, lopen we naar Arinsal, in Andorra, een leuk skidorp, waar in de winter veel Engelsen en Ieren komen. M,J&D hebben een verrassing voor mij in petto: ze hebben twee nachten in een wellness & spa resort geboekt, omdat ik de volgende dag jarig ben! Als we gedrieën langs het luxe hotel lopen, merken de Ieren op dat ze hun tent op wel op het stukje kunstgras voor de ingang van het hotel zullen zetten…! Zij belanden in een hotel iets verderop, waar ze de enige gasten zijn. De eigenaar spreekt uitstekend Engels/Gaelic.. dus die voelen zich prima thuis daar!
Bij de ‘treat’ voor mijn verjaardag hoort ook een massage (geen foto!), wat mijn benen zeer kunnen waarderen. Monica legt me ondertussen uit hoe het werkt in Andorra: een co-vorstendom (principat) tussen het bisdom van Urgell en de Franse overheid; de officiële taal is Catalaans. Hoewel de munteenheid de Euro is, zijn ze geen lid van de EU. Allemaal heel interessant, maar ik kan tijdens de massage nauwelijks mijn ogen open houden; optimale ontspanning dus…!
Bij de laatste afdaling vanuit refugio de Baiau viel het me op dat Alec wat moeizamer loopt en niet meer vlak achter Connor wandelt. Hij blijkt last te hebben van zijn knie. Ze blijven daarom net als ik ook een extra dag in Arinsal. Wel zo gezellig. We drinken bier in een Iers café en eten in een Engels restaurant… ‘Home sweet home’ voor de N-Ieren!