27 Juni, zon 37¤, licht briesje; 78 km gefietst.
Van Valderrobres ga ik via de Puerto de Torre Miro (1259m) naar Mirambel. De col is een geleidelijke, maar pittige klim van 8% over 13 km. Altijd het beste om in de ochtend te doen, maar nu wordt het in de middag. Ik stel m’n lunch zolang mogelijk uit, het liefst op de top, zodat ik met een volle maag vanzelf wat harder naar beneden ga. De wegen zijn hier doorgaans goed: verbeterd t.o.v. de oude weg die er vaak ook nog ligt. De bochten en het profiel van de weg zijn geleidelijker. Slingers van de oude, veel smallere weg heeft men vaak laten liggen als een soort parkeer/rustplaats. Wegen maken kunnen de Spanjaarden als de beste! Hele bergen worden verplaatst, je ziet de boorgaten van het dynamiet nog zitten, lange sleuven om de 50 cm. Een leuke klap moet dat geweest zijn.
Ik bereik de top zonder problemen en het uitzicht is ecologisch heel verantwoord: enorme rijen windmolens, zo ver het oog rijkt. Allemaal in bedrijf. Zonnepanelen zou je hier ook verwachten met 250 dagen zon per jaar, maar ik heb ze nog niet gezien.
Mirambel is een soort spaans Bronkhorst: een fraai opgeknapt middeleeuws stadje, met één nadeel: er lijkt niet geleefd te worden. De straten zijn leeg, vrijwel geen auto’s, maar ook geen mensen; geen gezelligheid. Zoiets als een woonkamer uit een wooncatalogus: alles bij elkaar passend, qua kleur, type en stijl, maar geen krant op tafel, geen gebruikt koffiekopje, geen opengeslagen boek… Alsof er niet gewoond wordt. Het hostal waar ik overnacht: Hostal Guimera (40.5874 -0.3426) heeft een hele batterij oorkondes aan de muur hangen en de patron en zijn vrouw zijn in onberispelijke kleding met het logo van het hostal gestoken, maar er komt bijna geen kip in de bar, noch in het restaurant dat ze exploiteren. Later op de avond zijn er wel twee gasten, die aan de bar wat drinken; de baas staat erbij, maar doet niet mee aan het gesprek en kijkt langs zijn klanten naar de televisie aan de andere kant van de zaak. Heel apart en onwerkelijk. Het enige dat wel aangenaam is, is het kleine gemeente zwembad iets buiten het stadje. Een handgeschreven bord heeft me er bij aankomst al opmerkzaam gemaakt. Je zou eigenlijk ook een mooie, uit houtsnijwerk vervaardigde aanwijzing verwachten, maar het is buiten de stadsmuren dus hier geldt het restauratiesyndroom kennelijk niet..
Hoewel het dorpje kraakschoon is en zo het museum in kan en ondanks het feit dat het eigenaarsechtpaar heel vriendelijk is, ben ik blij de volgende dag te kunnen vertrekken. Ik zou nog eens in een wassenbeeld kunnen veranderen, zo voelt het! Desondanks maak ik nog wel wat foto’s van de fraaie gebouwen…
28 Juni, zon en héél warm: 39¤! Het komende traject van ca. 70 km bevat twee cols van de, voor mij, eerste bergcategorie: eentje van 1657m en de ander volgens mijn boekje 1701 m, maar jullie hebben uit mijn intermezzo al kunnen opmaken dat het ‘slechts’ 1700 m is. Blijkbaar is sinds 2007, de eerste druk van mijn routebeschrijving, de aarde iets ingedikt; wat wil je, met 3 miljard meer mensen die er in de tussentijd op rondlopen…
Nu is één zo’n berg te doen op een dag, maar twee..! Dat is iets te veel: twee zweet-orgasmes op één dag is niet goed boven de 50 (dat doet mij overigens denken aan een aardige mop…).
Dus ik besluit vandaag één col te doen (1657 m) en morgen de ander. Een kort traject dus vandaag. Ik fiets 33 km naar het dorpje Fortanete, dat ik halsstarrig Fortunate blijf noemen; de werkelijke spelling vind ik lastig te automatiseren. Ten opzichte van Mirambel is dit een ware opluchting: breed opgezet, rommelig, gezellig en het leukste hostal tot nu toe, want eigenlijk een berghut. Zoals in de Alpen zijn er kamers met stapelbedden en een echt ‘Matrazenlager’. Nu is dat minder aangenaam als het er druk en vol is; het snurken vergaat je dan. Maar ik ben er alleen en heb dus de hele herberg tot mijn beschikking, voor € 12,- inclusief beddengoed. De eigenaresse, een oude vriendelijke dame die wat stram loopt en moeilijk praat, brengt me de sleutel. Ze woont zelf iets verderop. Ik ga heerlijk kokkerellen met de spullen die ik in het kleine dorpswinkeltje koop, vaak een onopvallend pandje met een vliegengordijn voor de ingang, maar zonder enige buitenreclame. Je moet er dus echt naar vragen.
De herberg, Albergue La Tiñada (40.5062 -0.5217) ligt bovenaan het dorpje, mijn uitzicht is een kleine ruïne die nog iets hoger ligt (het ‘castillo’, maar die naam mag het eigenlijk niet hebben). Er wordt veel aan mountainbiken gedaan, want een groot bord aan de herberg geeft diverse route weer die je hier kunt volgen. Maar er is ook een GR-route (Gran Recorrido) en die wil ik morgen een stuk gaan lopen. Ik blijf hier gewoon een extra dag… Leve de vrijheid!
29 Juni, ‘rust’dag, maar vandaag maak ik een wandeling van ca. 5 uur in prachtig heuvel/berglandschap. Het vreemde is dat het dorpje Fortuna.., nee Fortanete, in een kaal landschap ligt, maar dat ik na een paar half uur lopen werkelijk in mooi Alpen-landschap beland: grote dennen, afgewisseld met weiden waar koeien met rammelende bellen grazen. Een hele aparte ervaring, waar de herberg feilloos op aansluit. Ik loop naar een ruïne van een ‘castillo’ dat wordt toegeschreven aan El Cid. Het ligt op een steile helling met perfect uitzicht over de vallei. Als ik bedenk welke moeite ik moet doen om er te komen, is het nauwelijks voor te stellen hoe men in de 11e eeuw al die stenen op elkaar wist te stapelen.
Ik maak een ‘vuelta’ door een deel van de GR8 te lopen en een deel van een lokale wandelroute. Een man bij het Ayuntamiento had mij verzekerd dat het een wandeling van niet meer dan 3,5 uur zou zijn, maar na dat tijdsbestek moet ik nog aan de terugkeer beginnen…
De route is redelijk bewegwijzerd met de bekende rood-witte markeringen (geel-wit voor het lokale pad), maar af en toe moet ik toch even zoeken. Lokale grapjassen hebben op een bepaald moment een teken op een boom weggekrast, maar ik kom er gelukkig vrij snel achter dat hier een kruis had moeten staan: hier niet verder! Ik maak van takken een provisorisch kruis voor mensen die na mij het castillo willen bekijken en een pijl voor de juiste richting. Net als met steenmannetjes helpen wandelaars elkaar zo een beetje voor het geval de signalering ontbreekt.
Na een uur of vier voel ik plotseling nattigheid; gèt, een vogel denk ik, omdat de lucht voor me helblauw is. Maar als ik me omdraai zie ik dat de lucht achter zwart-blauw is geworden. Oei, dat belooft niet veel goeds. Gelukkig ben ik vanuit beroepsdeformatie redelijk risico-mijdend ingesteld en heb ik bij vertrek uit de herberg een regenjas in mijn rugzak gestopt (evenals veel te veel water en nog wat spullen waar je maar beter ‘mee’ verlegen als ‘om’ verlegen kunt zitten, in ‘goed’ Nederlands…). Zo sjouw ik ook een zwembroek en handdoek mee; je weet maar nooit welk een prachtig bergmeertje je wellicht tegenkomt… Maar bij die regenjas vroeg ik mij werkelijk af of ik niet teveel op ‘safe’ wilde gaan: strakblauwe lucht, geen wolkje te zien! Mwah, even later blijkt de keuze redelijk passend, want het begint me toch te onweren! Verschrikt verhoog ik, voor zover mogelijk in dit landschap, mijn pas, want ik ben aardig ‘exposed’ in dit terrein. Zoals eerder beschreven is er een enorme flits en klap boven m’n hoofd en even ben ik werkelijk bang. Wel een paar bomen, maar geen enkele goede plek om te schuilen. Dan maar de vaart erin en als ik eindelijk het dorpje weer zie begint het enorm te hagelen! Nog nooit heb ik zulke ‘stenen’ gezien. Gelukkig kan ik er bij aankomst in de herberg nog een paar fotograferen: ze bestaan uit laagjes, een ring radiale strepen, afgewisseld met een cirkelvormige ring en dan weer radiaal. Zou het kunnen zijn dat ze in hun val door de ijsafzetting groeien, als een soort boomringen? Later nog eens opzoeken. Bij de herberg is de bui vrijwel over en kan ik ook nog net een foto maken van het ‘schip met zure appelen’ dat voorbij is gedreven.
30 Juni, weer strakblauw en de temparatuur loopt weer aardig op tot over de 30¤. 42 km gefietst. De volgende col is op 1700 m en dit is ook het hoogste punt van de route naar Sevilla. De klim is te doen (in kleinste verzet) en het briesje op deze hoogte vermindert de temperatuur aangenaam. Op de col de gebruikelijke foto en ‘trofee’mail (kijk mij nou..) en hier wordt ik dus door een lokale wielrennersgroep tegemoet gereden. Zij keren op de col om en gaan mij voor in de afdaling. Een paar bochten lager zij ik ze als kleine stipjes verdwijnen; oei, wat een snelheid. Dat durf ik echt niet en zeker niet op die dunne bandjes die zij berijden.
Bij Villarroya de los Piñares moet ik eigenlijk rechtdoor, maar hier neem ik de afslag naar rechts, naar Aliaga, beroemd om zijn geologische formaties, voor een bijzondere ontmoeting met het verleden, maar daarover later meer…
frank; hoe ver moet je eigenlijk nog?
roel
..daar sta ik maar niet bij stil Roel. ’t Is net als bij een colletje beklimmen: het is beter stil te staan bij wat je al gedaan hebt, dan bij wat je nog moet doen. Maar als mijn verhalen beginnen te vervelen moet je het eerlijk zeggen hoor.. 😉
-origineel bericht- Onderwerp: [Biking Banker] Reactie: “Spaans Bronkhorst, spaanse Alpen en spaans onweer!”
H F,
Spektakel in de Spaanse Alpen, Stubai in de week van 14 september?
HK
Yep, met afsluitende Maß op de Theresienwiese in München op maandag; dinsdagochtend terug (in welke staat dan ook..).
-origineel bericht- Onderwerp: [Biking Banker] Reactie: “Spaans Bronkhorst, spaanse Alpen en spaans onweer!”
Eerst even dit.
Ik moest ook direct aan hopper denken. Lees nu mieke haar reaktie.
Dus mooi omschreven frank!
Wat heftig die onweersknallen!
En wat eng.
Grappig wel weer dat je op je rustdag 5 uur gaat lopen. Haha!
Doen de renners in de tour ook op rustdag: nog ff 5 uur trainen.
Ik zou de hele dag liggen zappen!
Salut!
Roel
..er is zo weinig te zappen op de spaanse televisie; allemaal nagesynchroniseerd, vreselijk! Ik volg alleen het weerbericht. Lekker risicomijdend 😉
Ola Frank, wat maak je toch veel mee ! Wij hebben hier ook verschrikkelijk onweer gehad, met zware inslagen. Hier en daar wat huizen hierdoor in de fik gegaan. Over huizen gesproken (lees: geschreven): MIJN HUIS GAAT GEBOUWD WORDEN ! Yeahyeah. Ik zou je op de hoogte houden, dus bij deze. In september start van de bouw.
Ik ga aanstaande dinsdag richting de TOUR. Nee, gewoon in een auto met airco, hahaha. We zitten bij Caen om twee etappes bij te wonen (aan de wegkant met BBQ, verschil moet er zijn !).
Nou….verder nix te melden……take care.
X, Jet.
hi frank, Mirambel-: Hopper op zn Spaans. Het landschap en het klimaat daagt je veel meer uit dan in Frankrijk, iets wat je tevoren al bevroedde.
Zet ‘m op, lfs, m
..was’t maar waar, dat een foto van Mirambel de waarde had van een Hopper. Jammer van Nadal hè, vanmiddag. Ik snap niet waarom hij steeds in de forehand van D. sloeg. Je zag het aankomen. Overigens leefde het hier totaal niet; niemand keek… Nee, dan moet Barça spelen…! xxx
-origineel bericht- Onderwerp: [Biking Banker] Reactie: “Spaans Bronkhorst, spaanse Alpen en spaans onweer!”
Gefeliciteerd Jet! Kroon op het wachten. Heb je niet voor niets een keuken etc. uitgezocht! Je geduld is wel op de proef gesteld, zeg! Dat zit straks heel wat relaxter bij de Tour. Je neemt toch zeker wel een fiets mee? ’t Mag een vouwfiets zijn, als ie maar niet electrisch is; daar ben je nog te jong voor. Heel veel plezier en je weet het, voor je het weet is de karavaan voorbij! Dus goed opletten (en laat het vlees niet zwart branden…).
-origineel bericht- Onderwerp: [Biking Banker] Reactie: “Spaans Bronkhorst, spaanse Alpen en spaans onweer!”